28 december 2015

Wachten op twaalf uur?

 
© Foto Dora Brandt (2008)

Hier mijn drie 'Wachters' in een andere rol. Op een heuvel in het land bij het door Pier van Dijk georganiseerde kunstproject 'Tussen mest en mais' in Lemselo in 2008. Dora Brandt maakte toen deze foto waarop het nu lijkt alsof ze staan te wachten op het nieuwe jaar. Nog een paar uurtjes...

10 december 2015

Gaat het wel goed?

© Foto, persfoto uit tv-serie Ironside

Column - Kan ik hier iets spannends laten gebeuren, vroeg ik me af toen ik zo'n vier maanden aan het revalideren was in mijn revalitaria. De dagen gingen op elkaar lijken. Opstaan, toiletgang, douchen, ontbijten en dan flink aan de bak. Revalideren, revalideren, revalideren. Soms met mijn tong op de schoenen. Maar ik wilde niet anders. Niemand daar wilde iets anders. Ik wilde zelfs meer. Had daar ook eigen ideeën over. Sommige therapeuten gingen mij niet ver genoeg namelijk. 's Avonds na het eten bezoek. Een welkome afwisseling. Inmiddels schreef ik al weer een week of achttien columns voor de Wegener huis-aan-huis bladen. Gebrek aan onderwerpen had ik zeker niet. Maar 's avonds later, als het bezoek weer weg was, dwaalde ik soms door de lange, verlaten gangen van het centrum. Dan ging mijn fantasie aan het werk. Vooral als ik een avondje buiten het centrum op bezoek was geweest en terugkwam met de rolstoeltaxi. Ik moest dan door de grote, verlaten eetzaal om bij mijn afdeling te komen. Uit de luidsprekers aan het plafond klonk altijd gezellige muziek, wat het extra sinister maakte. Ik moest vaak aan de film  'The Shining' denken met Jack Nicholson, als langzaam waanzinnig wordende oppasser in een volkomen leeg, afgelegen hotel. Kan zoiets hier ook? vroeg ik me af. Zit daar een verhaaltje in, een column? Langzaam kreeg ik het idee van een hard boiled detective. Gewoon laten afspelen in de ruimten die iedereen kent. De eetzaal, de fysiozaal en natuurlijk komen de verlaten gangen er in voor. Langzaam ontstond het idee voor 'Toffe Theo'. Ik begon er met veel plezier aan en leefde me helemaal uit. Op 27 februari 2007 verscheen mijn column. Het pistool uit de column, de Walter P38 heb ik eens gebruikt in een kunstwerk. Geen echte uiteraard, maar een replica 'Made in Japan'. De politie vond het niet goed en nam het in beslag. Het mooiste vond ik nog dat de verpleging even anders naar mij keek. Pas veel later hoorde ik dat na het verschijnen van 'Toffe Theo' de verpleging zich tijdens het werkoverleg afvroeg: 'Gaat het wel goed met meneer Beerling?'....



Toffe Theo   (eerder gepubliceerd 27-02-2007) 

Naast mij klonk een doffe klap en een diepe grom. Ik keek en zag schele Henkie met zijn hele tronie onder het bloed. Hij duizelde op zijn benen en spuugde een losse tand uit. Een van zijn krukken lag op de grond. Lepe Eddie had hem vol in zijn gezicht geraakt. Eddie wierp mij een dreigende blik toe en loerde spiedend de fysio oefenzaal rond. Niemand had zijn snelle actie opgemerkt. ‘Hé peut’, riep hij grijnzend naar een fysiotherapeut, ‘raap Henkie effe op. Hij sloeg zomaar met zijn smoel tegen de vloer’. Het liep niet lekker tussen Henkie en Eddie. Henkie had het gewaagd in het eetzaalgebied van Eddie te gaan zitten. De jongens van Eddie deden niks onder de ogen van de restaurantmedewerkers. Maar de kiem voor bendeoorlog was gelegd. Henkie had intussen ook wat knapen om zich heen verzameld en enkele tafels veroverd. Iedereen voelde de dreiging en bleef uit de buurt. In het hele centrum was de sfeer veranderd. ’s Avonds kon je maar beter niet in de lange verlaten gangen komen. Dat was gang-land waar de mannen van Eddie en Henkie vanuit hun rolstoelen om de heerschappij vochten. De revalidatieartsen hadden geen idee van wat er zich buiten hun spreekkamers afspeelde. Ik bleef er buiten. Tot ze toffe Theo vonden. Te laat geremd voor een blinde muur, zeiden ze, maar iedereen wist beter. Lepe Eddie had hem met zijn rolstoel geplet in de achterste gang. Die avond haalde ik de Walther P38 uit mijn nachtkastje. Met het oude vertrouwde wapen diep in mijn rolstoelkussen weggedrukt dook ik in een donkere hoek van de achterste gang. Toen Eddie passeerde floot ik. Hij stopte en draaide verbaasd zijn rolstoel om. Ik richtte, kromde mijn wijsvinger en haalde de aangepaste trekker drie keer over. Eddies bloed spatte tegen de muur. Hij had toffe Theo met rust moeten laten.