25 november 2014

Dwarsklaas


Column - Onrustig werd ik wakker want ik droomde net dat Sinterklaas van het dak viel. Zijn schimmel kwam, zoals paarden dat doen, op zijn benen terecht. Met de goedheiligman ging het helaas anders. Hij liep een dwarslaesie op. Toen het gebeurde zat Sint stevig in het zadel en raadpleegde zijn grote boek. Zoals altijd wilde hij er zeker van zijn dat hij de juiste kadootjes in de juiste schoorsteen deed. Hij liet net een prachtige surprise in het rookkanaal zakken toen zijn trouwe viervoeter met één van zijn hoeven weggleed. Met krassende ijzers schoof de schimmel richting dakgoot. Sint kon nog net de rand van de schoorsteen vast pakken. ‘Een ongeluk zit in een klein hoekje,’ dacht hij nog en zag met betraande ogen zijn ros over de dakrand verdwijnen. Dit was hem in zijn hele Sinterklaasbestaan nog nooit overkomen. Hij mompelde zelfs een woord dat we niet van Sinterklaas verwacht hadden.

Helaas hield de goede Sint het niet lang vol. ‘Zijn oude vingers gleden weg en met wapperende mantel suisde de goedheiligman naar beneden. ‘Vol verwachting klopt mijn hart,’ zuchtte hij voordat hij met een doffe klap het plaveisel raakte. De Sint werd afgevoerd naar het ziekenhuis. Het nieuws van Sinterklaas met een dwarslaesie ging als een lopend vuurtje rond. ‘Dwarsklaas. Wat moet die ouwe gek nog op een dak,’ durfde een enkeling zelfs te zeggen. Maar de meeste mensen waren bedroefd. ‘Dit is het einde van Sinterklaas,’ klaagde men. ‘Sint in een rolstoel is toch geen Sint meer. Hoe rijdt hij dan paard?’ Anderen vonden dat onzin. ‘Je blijft wat je bent,’ zeiden zij. ‘Een Sint in een rolstoel blijft een Sint.’ Ik vond het verwarrend maar was blij dat het maar een droom was. Niet vergeten vanavond toch mijn schoen maar te zetten.